dinsdag 30 juni 2015

29 juni: Miette Hotsprings

Vannacht heeft de regen de hitte verjaagd en wanneer de wekker afloopt druppelt het nog wat na.
Vandaag gaan we nog eens wat nieuws bezien: de Miette Hotsprings. Kleine 55 km van hier, dus eigenlijk vlak bij de deur. Ook het traject erheen hebben we nog nooit gereden, dus er zal zeker wel wat te zien zijn.

Bij de Hotsprings zijn er een paar korte wandelingen te doen.

We zijn nog maar enkele kilometers op weg, of er is al een verkeersopstopping. Auto's langs de kant, hoop volk met camera's in aanslag, dus dat kan maar één ding betekenen. We stoppen en ik ga effe kijken wat er te zien valt. Een paar wapities (Elk) zijn in de verlaagde berm aan het grazen. Daar draaien wij onze hand niet meer voor om en verspillen we zeker geen megabytes aan ;)

11:30 rijden we de natte Hwy 16 op in oostelijke richting. Hoe verder we opschieten, hoe meer het opklaart, maar de zon krijgen we niet te zien.

Ook het landschap verandert langzaam; het dal wordt steeds breder en de bergen een beetje stomper. Rechts van de weg stroomt de breed vertakte Athabasca River met zijn vele eilandjes, en links liggen verschillende meren waaronder het Jasper Lake. Af en toe zie je hoe het heldere water van zijrivieren zich vermengt met het melkbruine gletsjerwater van de Athabasca. Vreemd eigenlijk dat er op die plaatsen geen parkeerplaats is voorzien terwijl er elders zoveel zijn.

Rond het middaguur arriveren we in Miette Hotsprings. Hoewel het 'slechts' 19° is, voelt het benauwend warm aan. Het is de bedoeling om de 'Source of the Springs' te wandelen. Deze zou zo'n 3 km lang moeten zijn, maar op het infobord staat dat het maar 1,2 km is. We kunnen vandaar echter verder wandelen naar de Utopia Pass.

De eerste paar honderd meter stroomt een beekje waarvan het water een badwatertemperatuur heeft. We vermoeden dat dit de overloop is van de twee 'hotsprings' (zwembaden). Nog een paar honderd meter verder komen we voorbij de ruïne van het oude zwembad dat in 1984 gedeeltelijk werd afgebroken. En nog iets verder is het eindpunt aan één van de drie warmwaterbronnen. Het ruikt weer licht naar stinkbommekes (zwavel) en het water is te heet om je hand in te steken.

Het wandelpad loopt verder, zonder dat er echter een infobordje bij staat. Langs een (koude) beek loop het pad steeds verder omhoog tot aan een houten brug. Hier is het even twijfelen of het nu rechtdoor gaat of over de brug, maar aan drie strategisch geplaatste stenen en een stuk boomstam te zien moeten we over de brug. Het vervolg is een bij wijlen steil pad door het bos. Het is er vochtig, benauwd en het stikt er van de muggen. Na drie kilometer gelopen te hebben (de tracker staat weer aan) is er - buiten bomen, rotsen en weer veel bloemen - nog steeds niets speciaals te zien en we beginnen te begrijpen waarom het pad 'Utopia' heet... . het is een utopie om ergens bij uit te komen. Een halve kilometer geleden hebben enkele mensen die achter ons aan kwamen het al voor bekeken gehouden en wij doen nu hetzelfde.

Op de terugweg wordt ons door tegenliggers ook al gevraagd of we de Utopia Pass hebben gevonden.

Rond een uur of twee zijn we terug aan het zwembad en eten daar iets om de ondertussen opgestoken honger te stillen. Het gaat echter snel-snel, want ook hier geldt weer: muggen troef.

Daarna beginnen we aan de terugweg, maar we stoppen nog aan de Pocahontas Mine. Hier loopt weer een wandeling van een kleine 3 kilometer. Na enkele minuten draaien Annette en ik ons echter om, om ons bij de auto nog eens extra te besproeien met 'Off!' oftewel 98% Deet. Puur vergif dus. We zijn echter nog maar net weer vertrokken of de twee anderen komen aangehold, roepende dat het niet meer te doen is door de honderden muggen. De sjarminkels prikken zelfs door T-shirt, broek en kousen heen. Dit hebben we zelfs in Alaska niet meegemaakt. Geen wonder dat onze auto de enige was op de parking! Nu begrijpen we ook waarom een jonge beer het loodje legt wanneer hij wordt aangevallen door een zwerm muggen. Ze zuigen hem ocharme compleet leeg.

Dus zit er niets anders op dan terug naar de chalet te keren. Op zich niet zo erg, want we moeten nog alles inpakken en willen straks voor of na het eten nog wat door Jasper lopen.

Onderweg botsen we opnieuw op een verkeersopstopping. Weer enkele 'elks' die aan het grazen zijn. In eerste instantie willen we verder rijden, maar wanneer we de machtige geweien zien, draaien we onze hand er toch maar voor om en 'verspillen' (hoewel je het nu zo niet kunt noemen) er enkele megabytes aan. Zeker als je het decor er ook nog eens bij neemt.

De rest van het traject verloopt zonder incidenten, hoewel het erg druk is op de weg en de vele vrachtwagens je bijna aan de kant duwen. De toegelaten 90 km/u rijden en op 5 à 10 meter achter je zo een mastodont 'voelen' drukken, doet je graag de pechstrook op rijden om hem te laten passeren.

Om 16:30 stoppen we voor onze chalets en kunnen de dames beginnen met het hatelijkste van deze vakantie: de koffers zodanig inpakken dat het maximum gewicht niet wordt overschreden. We hebben weliswaar morgen nog, maar dan hoeven we in Lake Louise niet veel meer uit te pakken voor de finale nacht en dag.

Om 18:45 naar Jasper waar we bij Earls een stevige maaltijd krijgen voorgeschoteld. Daarna nog een laatste ronde door de twee winkelstraten, en dat is het laatste wat we van de stad zien. Morgen rijden we de andere kant uit.

Het is op de ochtenddruppels na, de hele dag droog en zwoel gebleven bij een max. temp. van 24°. Enkel tegen de avonduren heeft de zon wat geschenen. 146 km gereden.




























maandag 29 juni 2015

28 juni: Jasper SkyTram & Maligne Lake

Hoeveel Belgen kunnen zeggen dat ze in Canada 76 jaar zijn geworden en iedere dag actief zijn bezig geweest? Waarschijnlijk niet al te veel, maar wij hebben er zo ene bij ons. Proficiat pa!

Vandaag doen we het rustig aan en blijven eens een uurtje langer liggen. Op ons terras genieten we van een ontbijt in de zon.

Tegen 11:15 vertrekken we naar Wistlers Mountain waar we met de SkyTram (mooie naam voor een ordinaire kabelkabine) tot op de top van de berg worden gebracht. Met dit warme weer zijn we echter niet de enigen die op dit idee zijn gekomen: er is een wachttijd van ongeveer een uur.
Na enige twijfel beslissen we om het toch maar te doen want de temperatuur is boven veel draaglijker en volgens de boekskes is het uitzicht boven geweldig.

Even over half één zijn we aan de beurt om in de kabine te kruipen en 7 minuten later zijn we boven. Onderweg krijgen we nog wat uitleg over de omliggende bergen, of toch enkele ervan want ze zijn gewoonweg niet te tellen. Wistlers is trouwens niet genoemd naar de gelijknamige stad, maar naar het gefluit van de marmotten. Deze laatste krijgen we echter niet te zien.

Vanaf het bergstation vertrekt nog een wandeling van 1,4 kilometer enkel. Wij dachten dat dit vlak zou zijn, maar het eindpunt ligt 200 meter hoger op 2.466 m. Een gemiddeld stijgingspercentage van zo'n 15% dus.

Er komt een massa volk met de lift naar boven, maar het merendeel doet zich niet de moeite om die wandeling te maken. Ze weten niet wat ze missen! Onderweg heb je een prachtig uitzicht en loop je door een toendra landschap. Eigenlijk net een reusachtige rotstuin met al die bloeiende plantjes.

Eens op het hoogste punt vallen onze monden bijna open: 360° rondom zicht met honderden bergtoppen en diep in het dal Jasper, de twee Hwy's en de spoorlijn waar we verschillende treinen zien rijden. Net gigantische, kilometers lange rupsen.

Dik anderhalf uur later staan we weer aan het bergstation. Tijd voor een lunch.

En dan begint weer het lange wachten en aanschuiven om de lift naar beneden te nemen.

Het schiet wel iets sneller op dan eerder vanmiddag, maar het is toch al 16:30 eer we beneden zijn.

Het is hier zo drukkend heet dat we afzien van het plan om nog wat te wandelen en rijden dan maar naar Maligne Lake. De vorige twee jaren hebben we langs de 44 km lange weg telkens minstens één beer gezien, dus wie weet. De thermometer geeft ondertussen 35° aan en we zijn de kerel die de airco heeft uitgevonden ontzettend dankbaar.

Medicine Lake, dat ieder najaar via onderaardse gangen leegloopt, staat nu boordevol. De toevoer van smeltwater is nog steeds gelijk aan de afvoer.

september 2011:

Juni 2015:



Na het maken van de vergelijkende foto rijden we een stukje verder en zien dan een broedende bald eagle op zijn nest zitten. Het is de eerste van zijn soort die we hier zien.

Even over 18:00 komen we aan bij Maligne Lake en het enige wild dat we gezien hebben is een reebok die notabene op de parking bij het meer rondloopt. Tot onze verwondering is hier al alles gesloten, dus er zit niets anders op dan via dezelfde weg terug te rijden.

Zonder enig wild gezien te hebben zijn we om 19:10 weer terug aan onze chalet. Snel een tafel reserveren in het restaurant en dan onder de douche. Wanneer we een half uurtje later onze deur opendoen, liggen aan de overzijde twee wapiti-bokken met prachtig gewei in de schaduw te herkauwen. Drie en vier jaar geleden wemelde het hier van de Canadese ganzen, nu van de wapiti's. We hebben trouwens nog geen enkele Canadese gans gezien dit jaar, denk dat die allemaal aan de Maas zitten.

Na het eten, waar pa nog een verassingsdessert krijgt (het zingen hebben we wijselijk achterwege gelaten), houden de dames zich met de was en strijk bezig. Buiten zitten is geen optie want we worden langs alle kanten aangevallen door de muggen. De muggenbulten zijn al niet meer te tellen en zelfs de 'deet' kan ze niet tegenhouden. Wat was Alaska een paradijs.

En dus rijden pa en ik om 22:00 nog even de Parkway op, in de hoop nog wat wild te zien. We zijn nog geen twee kilometer weg of we zien aan de rechterkant in de berm een... zwarte beer lopen: nummer 12. Het is een halfwas die nerveus rondloopt en blijkbaar steeds op zoek is naar iets. Hij begint zelfs een hol van een grondeekhoorn uit te graven. Na een tijdje naar het beest te hebben bekeken (en enkele wazige foto's gemaakt), rijden we nog een tiental kilometer verder zonder echter nog wat te zien.

Op de terugweg zien we da op nog geen kilometer van het bungalowpark opnieuw een zwarte beer lopen. Hoewel deze aan de andere kant van de weg loopt, zijn we echter niet zeker of dit nummer 13 is. Het kan ook nummer 12 zijn die de weg is overgelopen en op een klein kwartiertje een goeie kilometer is opgeschoten. Het wordt nu te donker om nog goede beelden te schieten en dus genieten we zo nog wat.

Doordat Maligne Lake 'in de buurt' van Jasper ligt, hebben we toch weer 148 km gereden. Het is ondertussen fijn afgekoeld naar een graad of 20° en voor morgen worden buien voorspeld. Eens zien wat daar van terecht komt.